Van 12 oktober t/m 14 december 2019 exposeert Frank van der Meijden in de ZB. Van der Meijden is de tweede ‘Artist in Performance’ van ZB, als variant op 'Artist in Residence'.
Frank van der Meijden, oud manager van onder andere Doe Maar en BLØF, maakt eigentijdse beeldverhalen over het leven, onrecht, onze samenleving, politiek en religie. De attributen uit zijn objecten komen overal vandaan, vooral van rommelmarkten, tweedehands- en kringloopwinkeltjes: barbies en heiligenbeelden, action men en beeldjes van porselein, kunstbloemen en sieraden. Een (be)vreemde mix van spullen. Ze hebben gemeenschappelijk dat ze normaal gesproken voor andere doeleinden gebruikt worden. Deze elementen worden door Van der Meijden bewerkt en gecombineerd met verf, lijm, dingen uit de natuur, stoffen, touw tot originele en gelaagde kunstwerken. Zijn werk wordt inmiddels wereldwijd geëxposeerd.
Van der Meijden: “Soms maak ik objecten alleen omdat ik het leuk vind om ze te maken; maar vaak ook wil ik er wat mee zeggen, mijn kritiek op de samenleving spuien. Veel zaken hebben een betekenis, maar je moet de symbolen vaak zelf maar zoeken. En een beetje humor en zelfspot kunnen beslist geen kwaad.”
Over Frank van der Meijden
Werkend in Vlissingen. Opleiding: Pedagogische Academie in Rotterdam; daarna gedurende 2 jaar onderwijzer in Rotterdam, 1970 medeoprichter Eksit, Rotterdam en programmeur tot 1972 organisator van veel tournees van Engelse en Amerikaanse bands, 1972-1976 manager CCC inc.; later Slumberland Band en Finch, 1979-1984 manager van Doe Maar. Daarna o.a. De Dijk, Het Goede Doel, Flairck, 1998-2008 manager BLØF, 2006 1ste lifetime award Nederlandse manager, 2011 Officier in de Orde van Oranje Nassau, 2009-heden kunstenaar in Vlissingen.
“Na ± 40 jaar in het Nederlandse popcircuit gewerkt te hebben, besloot ik iets heel anders te gaan doen. Ik kon me niet meer verenigen met de veranderende stijl en inhoud van de muziek. Ik wilde verhalen vertellen over het leven, de verborgen dingen, tenminste zoals ik dat zie. Maar meestal met humor en vaak surrealistisch, want ik wil geen doemdenker zijn.”